Guatemala

Swipe

Onafhankelijk Guatemala

Twee sociale klassen in Guatemala hebben in het begin van de 19e eeuw de onafhankelijkheidsbeweging in gang gezet. In de eerste plaats waren dat de in Guatemala geboren creolen die ontevreden waren omdat ze in de maatschappij geen topposities konden bekleden, aangezien die alleen weggelegd waren voor personen die in Spanje geboren waren. De tweede groep bestond uit kooplieden die genoeg hadden van de vele handelsbeperkingen die door het moederland opgelegd werden.

De voorbeelden van de Franse en Amerikaanse revoluties werkten bij dit onafhankelijkheidsstreven stimulerend. Een instituut dat wel tevreden was met de situatie was de Kerk die een positie met veel rijkdom en macht bekleedde en niet erg voor veranderingen was. Bij alle veranderingen in de maatschappij waren de Indianen niet betrokken, aangezien zij geen politieke kennis en invloed hadden.

Door het tekenen van de Akte van Onafhankelijkheid van Midden-Amerika in Guatemala Ciudad op 15 september 1821 door 12 Guatemalaanse mannen, die nu de ‘Proceres de la Independencia’ (Helden van de Onafhankelijkheid) genoemd worden, bevrijdde Guatemala zich van het Spaanse juk. Heel even werd het door keizer Augustin de Iturbide bij zijn nieuwe onafhankelijke Mexicaanse keizerrijk ingelijfd, maar dit rijk stortte na een jaar ineen.

In 1823 verenigden alle Midden-Amerikaanse staten zich in de Federale Republiek van Midden-Amerika, waarbij de afzonderlijke landen enig zelfbestuur behielden. Zij wilden namelijk niet dat Guatemala, de grootste staat, de meeste macht zou krijgen. De eerste federale president Manuel José Arce werd afgezeten en in 1826 kwam het tot een burgeroorlog vanwege oplopende spanningen tussen conservatieven en liberalen. De strijd werd in 1829 beslecht waarbij de liberalen als overwinnaars uit de bus kwamen. De liberaal Francisco Morazán werd de tweede president, die in 1838 moest aftreden wederom vanwege de opgelaaide strijd tussen liberalen en conservatieven. In 1839 was de federatie als gevolg van de vele conflicten tussen de liberalen en de conservatieven uiteengevallen. De liberalen wilden de macht van de Kerk terugdringen, de grond aan de Kerk ontnemen en zij stonden wettelijke hervormingen voor; de conservatieven, die de Kerk en de rijke landeigenaren vertegenwoordigden, verzetten zich daartegen. Een cholera-epidemie kwam de conservatieven van pas want volgens de Kerk was dit een straf van God. De beide partijen pakten de wapens op waarbij de conservatieven als overwinnaars uit de bus kwamen. Rafael Carrera werd de eerste president van Guatemala die tot 1865 de leider van een van de langste conservatieve dictaturen was. Deze legerleider trok ook in de andere staten van Midden-Amerika ten strijde tegen de liberalen. In 1847 riep hij de onafhankelijkheid van Guatemala uit zodat het land niets meer met de Midden-Amerikaanse federatie te maken had en hij herstelde de machtspositie van de Kerk. Met Engeland werd een akkoord gesloten over Belize.

Guatemala was in de 19e eeuw onder het regime van Carrera en zijn opvolger Vicente Cerna een onderontwikkeld land waar primitieve landbouwmethodes toegepast werden en de infrastructuur te wensen overliet. Er was nauwelijks contact met andere landen waardoor de handel beperkt bleef tot de export van indigo en cochenille, die na 1857 instortte toen synthetische verfstoffen werden ontwikkeld. Guatemala belandde in een economische crisis waarbij het vinden van een nieuw exportproduct uiterst belangrijk werd. In deze tijd ontstond ook een volksbeweging die samen met de liberalen streed voor een andere politiek.

In 1871 behaalden de liberale strijdkrachten onder leiding van Miguel García Granados de overwinning op de regering van Cerna, maar enige maanden later werd hij afgezet door een andere liberale leider, Justo Rufino Barrios, die van Guatemala een modern land wilde maken. Men noemde hem dan ook ‘El Reformador’ (de hervormer). De hervormingen die hij tot stand bracht waren: de instelling van een nationale bank, het uitroepen van vrijheid van godsdienst en het in beslag nemen van het bezit van de Kerk. Hij stimuleerde het onderwijs door een nationaal scholensysteem op te zetten en vanwege de nieuwe exportproducten koffie en bananen begon hij met de aanleg van spoorwegen.

De vrijgekomen landerijen werden aan koffieplanters overgedragen die met Duits kapitaal hun onderneming startten. Helaas werden ook de Indianen de dupe van deze modernisering omdat het traditionele systeem van het gemeenschappelijke bezit van de grond werd afgeschaft. Vooral de hoogland-Indianen raakten hun grond kwijt omdat koffie het beste tussen 900 en 1500 m hoogte gedijt. Verder werden de arbeidswetten aangepast om de eigenaren van de ‘finca’s’ (grote plantages) goedkope arbeidskrachten te verschaffen waardoor grote onrust ontstond. Deze wetten werden tot 1944 gehandhaafd. De koffieteelt was bijna geheel in Duitse handen evenals de export waarvan de helft naar Hamburg ging. Er werden moderne productiemethoden toegepast en de infrastructuur werd verbeterd.

In 1855 probeerde Barrios de federatie van Midden-Amerikaanse landen nieuw leven in te blazen, maar de buurlanden waren niet geïnteresseerd. Toen hij ze met geweld probeerde te overtuigen, werd hij in de eerste veldslag in El Salvador gedood. Een politieke Midden-Amerikaanse federatie was nu definitief van de baan.

De opvolgers van Barrios volgden eveneens een liberale ontwikkelingspolitiek. Tijdens de regering van Barrios ontstond het economische systeem waarbij de macht in handen is van de grootgrondbezitters die zich richten op de productie van exportproducten gesteund door buitenlands kapitaal. Zo kon het Amerikaanse bedrijf de United Fruit Company een groot deel van het dunbevolkte Caribische laagland voor de bananenteelt in handen krijgen. Dit bedrijf kreeg vooral tijdens de regering van dictator Manuel Estrada Cabrera, die in 1898 aan de macht kwam, veel invloed. Inmiddels hadden de Internationale Spoorwegen van Midden-Amerika de opdracht gekregen om het spoorwegnet waar Barrios mee begonnen was, te voltooien. De regering van Estrada Cabrera leidde het land naar de afgrond vanwege corruptie en onbekwaamheid waardoor enorme sociale onrust ontstond; de toenemende kritiek op de overheid werd hardhandig onderdrukt.

In deze periode werd Guatemala ook geteisterd door natuurrampen: in 1902 vond er bij Quetzaltenango een aardbeving plaats evenals een eruptie van de vulkaan Santa María. Tijdens de kerstdagen van 1917 verwoestte een aardbeving Guatemala Ciudad bijna helemaal. Estrada Cabrera werd in 1920 ten val gebracht nadat het Congres had verklaard dat hij niet meer in staat was om zijn ambt te bekleden. In de roman ‘De president’ geeft Miguel Angel Asturias een beeld van deze dictator.

Tijdens de volgende elf jaar kwamen zes presidenten aan de macht die het land weinig stabiliteit konden verschaffen en op soci-aal-economisch gebied bleef de situatie onveranderd. Wel werden vakbonden en studentenbonden opgericht. De wereldcrisis van 1929 liet Guatemala niet ongemoeid want de export stortte ineen waardoor ontslagen vielen.

De schijn van stabiliteit keerde terug in 1931 toen Jorge Ubico tot president werd ‘gekozen’ als gevolg van geknoei met verkiezingsuitslagen; hij werd in feite met Amerikaanse hulp in het zadel geholpen. Ubico leed aan grootheidswaanzin: hij liet zich als Napoleon in allerlei houdingen fotograferen en reed rond op een motor. Tijdens zijn dictatuur werd de opkomst van de industrie in de kiem gesmoord omdat deze niet in het belang was van de binnenlandse grootgrondbezitters en het buitenland. De Indianen kon weer dwangarbeid opgelegd worden als zij volgens een werkboekje jaarlijks geen 180 dagen verplichte arbeid verricht hadden. Terwijl Ubico zichzelf enorm verrijkte, verlaagde hij de lonen van arbeiders en leraren, waardoor de verarming van de bevolking toenam. Hij sloot opnieuw een contract met de United Fruit Company waarbij deze geen belastingen hoefde te betalen. Zo verkreeg dit bedrijf opnieuw een enorme invloed in het land. Alle oppositie werd met harde hand de kop ingedrukt.

In de jaren veertig van de 20e eeuw werd Ubico door Amerika gedwongen de kant van de geallieerden te kiezen en de Duitse plantages te onteigenen, waardoor de Amerikaanse invloed vergroot werd. Als gevolg van een massale volksopstand deed Ubico in 1944 afstand van de regering en na een studentendemonstratie vluchtte hij naar Mexico.

Er volgden verschillende coups van onder andere legerofficieren en na echte vrije verkiezingen in 1945 werd Juan José Arévalo, een intellectueel, president. Als balling had hij tijdens de regering van Ubico in het buitenland doorgebracht. Door middel van diverse hervormingen zoals de invoering van persvrijheid, de bevordering van de industrie, invoering van een 8-urige werkdag, het starten van alfabetiseringsprogramma’s, de oprichting van vakbonden etc. probeerde Arévalo een democratische modernisering te bewerkstelligen. Het grootste probleem bleef echter de eerlijke verdeling van de grond. Het onteigende Duitse bezit werd staatseigendom en er werden coöperaties opgericht om deze grond te beheren en braakliggende gronden moesten aan landloze boeren verpacht worden, maar wezenlijke verandering brachten deze maatregelen niet teweeg. Tijdens zijn regering moest Arévalo vele couppogingen afwenden.

Zijn opvolger Jacobo Arbenz Guzmán zette deze progressieve politiek voort en begon met een landhervormingsprogramma, waarin grote stukken ongebruikt land van plantages tegen een schadevergoeding verdeeld werden onder kleine boeren. De United Fruit Company protesteerde hier heftig tegen en eiste veel meer geld dan de aangeboden schadevergoeding. Vrijwel alle grootgrondbezitters sloten zich aan bij dit protest en er werd een beroep gedaan op de regering van de Verenigde Staten. Met hulp van de Amerikaanse Veiligheidsdienst werd Arbenz in 1954 afgezet door de rechtse kolonel Carlos Castillo Armas, die in de Verenigde Staten was opgeleid en Guatemala vanuit Honduras binnenviel. Hij werd de nieuwe president die prompt alle hervormingen terugdraaide. In 1957 werd Castillo Armas vermoord; weldra volgden verscheidene coups en de volgende 30 jaar werd Guatemala direct of indirect door de miltairen geregeerd.

Familiereizen

Familiereis Guatemala

Tijdens deze avontuurlijke familiereis door Guatemala ontdekken jullie de prachtige, ongerepte natuur; de kleurrijke inwoners; de oude koloniale gebouwen en de Maya...

v.a. 2648.00 p.p.

10 prachtige bestemmingen in Guatemala