Nepal

Swipe

Klimaat en beste reistijd

De beste tijd voor een reis naar Nepal is de periode tussen begin oktober en eind mei.

In juni, juli, augustus en september heerst de zuidoostmoesson (regentijd), waardoor een verblijf minder aangenaam kan zijn. Bovendien mist men in die maanden veel van het schitterende panorama in de Himalaya omdat de bergtoppen dan schuilgaan achter dichte bewolking Daarentegen zijn de maanden oktober en november alsmede maart en april ideaal. Als de moesson rond eind september voorbij is, wordt de lucht in het gebergte bijzonder helder hetgeen fantastisch mooie uitzichten over de Himalaya mogelijk maakt.

In maart en begin april begint de lente; de temperatuur is dan vaak heel aangenaam en de heuvels zijn bedekt met talloze bloeiende wilde bloemen. Boven de 1800 meter bloeit de rododendron in volle pracht. De vochtigheidsgraad neemt daarna allengs toe, zodat de bergen alleen ’s morgens vroeg nog helder te zien zijn.

In december, januari en februari kan men Nepal ook heel goed bezoeken. Men dient er dan echter rekening mee te houden dat de nachten erg koud kunnen zijn, met name tijdens trektochten in de hoger gelegen gebieden. Overdag schijnt evenwel de zon en is de temperatuur heel aangenaam. Vooral in de ochtenduren is de lucht erg helder, wat een fraai zicht op de bergen garandeert. In de Kathmanduvallei klaart het wat later op in deze periode, maar na een uur of tien ’s ochtends maakt ook daar de nevel plaats voor een blauwe lucht. Uiteraard kan men Nepal ook in de moessonperiode bezoeken. Een trektocht is in deze periode echter bijna niet mogelijk. De vochtigheidsgraad van de lucht is heel hoog en er vallen frequent buien. Maar ook in die periode schijnt elke dag de zon wel even. Een regenjas en een paraplu zijn dan echter onmisbare attributen. Voor een bezoek aan Dolpo en Tibet zijn de zomermaanden wel geschikt; de gebieden ten noorden van de Himalaya (waaronder Tibet) blijven namelijk droog in deze periode.

Gemiddelde temperaturen in graden Celsius in Nepal (Kathmanduvallei)

              Minimum, Maximum, Neerslag , , , , , , , in mm

januari          1,0       18,5        16,8

februari         3,6       20,0        26,6

maart            6,9      24,1         31,4

april             11,0      27,4         62,8

mei              14,6      29,2         69,2

juni              19,1      29,1       285,6

juli               20,1      27,9       318,6

augustus       19,8     27,8        360,0

september    18,4      27,6       365,0

oktober        13,3      26,4         62,3

november       6,6      22,5         13,1

december       1,7      19,5          3,8

Natuurlijk geeft deze tabel slechts gemiddelden; de temperaturen variëren al naar gelang de hoogte waarop men zich bevindt. In het Nepalese heuvel- en bergland heeft bijna elke honderd vierkante kilometer een eigen microklimaat. Alleen de zuidelijke, vlakke Terai kent weinig hoogteverschillen; dat gebied heeft van oost naar west hetzelfde subtropische klimaat. Het middelgebergte, waarin tweederde van de bevolking woont, wordt gekenmerkt door een land- en bergklimaat. In het hooggebergte heerst een alpine of poolklimaat. Het belang van de hoogte waarop een plaats ligt, blijkt duidelijk uit het volgende voorbeeld: Kathmandu ligt op een hoogte van 1288 m en heeft een gemiddelde jaartemperatuur van 18,2 ºC; Pokhara ligt veel lager, op 885 m, en heeft een gemiddelde jaartemperatuur van 21 ºC. Door de lagere ligging is het in Pokhara dus aanzienlijk warmer dan in Kathmandu.

10 prachtige bestemmingen in Nepal