Chili

Swipe

Economische situatie

Het verstedelijkte Chili heeft een grote middenklasse. 62% van de beroepsbevolking werkt in de dienstensector, 18% in de landbouw, en 20% in de industrie (inclusief mijnbouw, visserij en bosbouw). Vooral de laatste sector is het belangrijkst voor de Chileense economie.

Die economie was lange tijd afhankelijk van de uitvoer van een van de traditionele producten: eerst nitraat en later koper. Het ontbrak Chili aan andere exportproducten om de fluctuaties in de koperprijs te kunnen opvangen, en veel goederen voorzagen maar net aan de binnenlandse vraag. Deze onevenwichtige economie was een erfenis uit de koloniale tijd, toen Chili 'gebruikt' werd om grote hoeveelheden grondstoffen naar Europa te transporteren. In de vorige eeuw daalden de koperinkomsten gestaag en werd de buitenlandse schuld steeds groter. Na de staatsgreep van 1973 heeft Pinochet een begin gemaakt met een radicale liberalisering van de economie. Onder 17 jaar militaire dictatuur is Chili's economie via de wetten van de vrije markt geherstructureerd, en heeft Chili een sterk 'exportdiversificatiebeleid' gevoerd, waardoor de afhankelijkheid van koper is verminderd. Dat beleid was in economisch opzicht succesvol: het exportpercentage van koper daalde van 80 naar 40, er kwamen meer mijnbouwproducten als koper, goud, zilver, lithium, zwavel, nitraat, borium, en zout, en de uitvoer van niet-traditionele exportsectoren als fruitteelt, visserij en bosbouw steeg enorm.

De visserij is de laatste decennia explosief gegroeid, en Chili is nu 's werelds grootste vismeelexporteur. Door overbevissing is het plafond in de visserij echter bereikt, en de regering heeft in 1991 de visserijwet aangescherpt. De aandacht wordt nu gericht op de mossel- en zalm-aquacultuur, die in het zuiden van Chili zeer succesvol blijken (omdat hier zalm wordt gevangen als op het noordelijk halfrond de vangst stil ligt).

Ook de export van hout in de vorm van papiersnippers en pulp voor de papierindustrie is enorm gestegen, vooral voor de Japanse markt. De bossen van het zuiden worden daardoor echter met overexploitatie bedreigd.

Voor de exportlandbouw heeft Chili door z'n geografie en langgerekte vorm een aantal enorme voordelen: woestijn, oceaan en Andesgebergte vormen barrières tegen plagen en ziektes; de variatie in klimaten maakt de verbouw van een scala aan producten het hele jaar door mogelijk; en de ligging op het zuidelijk halfrond maakt het mogelijk de Noord-Amerikaanse en Europese markten van producten te voorzien in onze winter. In de landbouw stegen efficiency en productiviteit dan ook sterk, maar de aandacht ging vooral uit naar de niet-traditionele sector: de grootschalige fruitteelt voor de export. Chili's landbouwsector waar de voedselgewassen worden verbouwd kreeg in de jaren tachtig van de vorige eeuw weinig aandacht, waardoor Chili voedsel moest importeren. De laatste jaren is meer aandacht besteed aan de traditionele voedselgewassen, zodat Chili voor de meeste producten weer zelfvoorzienend is.

Chili, een macro-economisch wonder versus armoede en sociale ongelijkheid

De economische groei bereikte in de periode 1990-1997 een recordwaarde van 10%, en ligt nu rond 5%. De inflatie is naar Zuid-Amerikaanse begrippen minimaal, de buitenlandse investeringen zijn enorm gegroeid, er is een handelsoverschot en de buitenlandse schuld is dalende.

Al met al: een macro-economisch succes, waarvoor het land door velen (wereldbank en IMF) wordt geprezen, maar dan moet je de kosten voor het milieu en de grote sociale ongelijkheid (zie onder) niet meerekenen! Gezien de economische cijfers heeft Chili de status van ontwikkelingsland verlaten. De economische opleving is te zien aan de nieuwe kantoren, hotels en bankgebouwen die Santiago tot een moderne metropool hebben gemaakt. Zo wordt het presidentiële paleis nu overschaduwd door het kolossale nieuwe gebouw van de Centrale Bank. De grote economische bedrijvigheid is ook te zien aan de hordes onberispelijk geklede zakenlieden, die de straten van de hoofdstad bevolken.

De keerzijde van die gestegen welvaart en de snelle modernisering van het land is het enorme consumentisme en de politieke apathie onder de Chileense bevolking, en de toegenomen sociale ongelijkheid. Door jarenlange bezuinigingen waren sociale voorzieningen, onderwijs en gezondheidszorg sterk verwaarloosd, en zijn de verhoudingen tussen arm en rijk volledig scheefgetrokken: een deel van de Chilenen leeft in een Europese situatie, terwijl 30% van de Chilenen nog in armoede leeft. Terwijl de hogere klasse in grote weelde leeft zijn er nog steeds omvangrijke krottenwijken rond de steden. De werkloosheid ligt op 7%, maar er is veel verborgen werkloosheid, de kwaliteit van het werk is vaak laag, en de lonen zijn laag. De verborgen werkloosheid blijkt uit talloze 'non-baantjes', zoals hordes inpakkers in de supermarkten. Bij het kopen van iets simpels als een tube tandpasta kom je toch al gauw in contact met drie werknemers: de verkoper, de caissière en de verpakker! De kloof tussen rijk en arm in Santiago is goed te zien vanaf de heuvel San Cristobal: aan de ene kant de sloppenwijken van gammele provisorisch in elkaar geknutselde behuizingen, en aan de andere kant de luxe villa's van de rijke wijk Las Condes, en de spiegelpanden van banken en hotels in het centrum.

10 prachtige bestemmingen in Chili