Noord-Noorwegen

Swipe

Varanger schiereiland

De noordkust van het Varanger schiereiland is het meest Arctische gebied van Noorwegen, met rotsplateaus die uitlopen naar de ruwe Arctische Zee of Barentszzee. Sinds de 13e eeuw streden Noorwegen, Zweden en Rusland om dit schiereiland en de rijke visgronden voor de kust. De vesting van Vardø is een van de oudste militaire forten van Noorwegen. Na de vrede met Zweden (1751) en Rusland (1828) braken voor het gebied betere tijden aan, en tijdens de Pomorhandel rond 1900 beleefde het gebied zijn bloeitijd. Het toendralandschap van het Varanger schiereiland mag dan tegenwoordig door velen als schitterend worden ervaren, vroeger was dat heel anders. Christelijke geleerden hielden in de Middeleeuwen Finnmark voor het einde van de wereld, en noemden het ‘Ultima Thule’, de plek waar de poort naar de hel begon. De drie wegen over het schiereiland lopen alle drie dood bij de vissersplaatsen Berlevåg, Båtsfjord en Vardø. Maar wie gebruikmaakt van de veerdienst Hurtigruten, die genoemde plaatsen dagelijks verbindt, kan een prachtige rondrit maken over dit fascinerende schiereiland. De zuidkust van het Varanger schiereiland, langs de Varangerfjord, bestaat uit glooiend heuvelland, begroeid met toendra, met hier en daar mooie zandstranden. Het klimaat is iets milder dan aan de barre noordkant van het schiereiland, en op beschutte plekken groeit weer berkenbos. De streek doet wat vriendelijker aan en is dichter bevolkt; verspreide boerderijen met hooilanden. Ook vroeger moet dit voor veel mensen zo zijn geweest, want het is een van Finnmarks belangrijkste prehistorische vindplaatsen van de Samicultuur. Onderstaand wordt een rondrit over het schiereiland beschreven, in de richting met de klok mee, vanaf Tana bru naar Berlevåg, Vardø (met de Hurtigrute boot), Vadsø en Varangerbotn. U kunt de rondrit natuurlijk ook in de andere richting maken, en dan eerst het interessante Samimuseum van Varangerbotn bezoeken.

Ishavsveien

Weg 890 vanuit Tana bru voert door fascinerende landschappen naar Berlevåg. Het eerste stuk langs de Tanarivier en de Julelve is nog lieflijk met weilanden vol koeien en bloemen, daarna stijgt de weg naar de Kongs- fjordfjellet op 300 m hoogte, en laat u het berkenbos achter u. Rendieren worden steeds talrijker langs de weg, en het landschap kaler. Na de afslag naar Båtsfjord wordt het landschap steeds rotsachtiger. Ook deze Ishavsveien kan ´s winters alleen in colonne achter een sneeuwruimer worden afgelegd. Dertig kilometer voor Berlevåg passeert u het vissersdorp Kongs- fjord, waar enkele vervallen visfabrieken en pakhuizen de leegloop van de streek weerspiegelen. Het is niet verwonderlijk dat in deze ruige omgeving de mensen wegtrekken en diverse vissersdorpen zijn verlaten en vervallen. Twee kilometer verder bij Veines kunt u iets drinken of overnachten in het Kongsfjord Gjestehus in fraai gerestaureerde oude vissershuizen (die in de oorlog gespaard zijn gebleven). Achter het pension begint een karrenspoor over een klein schiereiland. U kunt dit in een half uur bewandelen naar een fraai uitzichtpunt op de achtergelegen fjord. Tussen Kongsfjord en Berlevåg slingert de Ishavsveien langs de stormachtige kust door een bizar landschap van rotsen en wilde fjorden. Het landschap wordt gevormd door sterk geplooide en vertikaal staande gesteentelagen van kwartsiet, zandsteen en schalie. De gesteenten staan bloot aan intensieve verwering in dit Arctische klimaat van vrieskou en de natte zeewind, en vallen uiteen in gigantische rotsblokken en hellingen vol scherpe rotspunten. Geologische verschijnselen zoals oude opgeheven strandvlaktes zijn gemakkelijk te herkennen als horizontale terrassen op verschillende niveaus tot 75 m boven het huidige zeeniveau (na het afsmelten van het landijs is het land opgeveerd en zijn vroegere stranden hoger komen te liggen). De baai van Sandfjord is een beschermd natuurgebied met zandstrand en duinen waar bijzondere Arctische planten naast strandplanten groeien. De baai wordt ingesloten door steile rotswanden en enorme blokkenhellingen. Vlak voor Berlevåg passeert u de vierkante, 22 m hoge vuurtoren van Kjølnes. De vuurtoren staat op een ruig stuk rotskust en werd gebouwd in 1916. U kunt de toren ’s?zomers beklimmen, en de naastgelegen voormalige vuurtorenwachterwoning doet nu dienst als pension. U kunt er koffie met wafels krijgen, en op aanvraag dineren.

Berlevåg

De actieve visserijgemeenschap Berlevåg ligt aan de noordwestkant van het schiereiland, in ‘fantastische eenzaamheid’, zoals een toeristenfolder met gevoel voor understatement vermeldt. Het vissersstadje heeft tegenwoordig 1200 inwoners en werd door Noorse kolonisten rond 1750 gesticht pal aan een van de ruigste kusten van Europa. De inwoners van Berlevåg hebben al eeuwen een haatliefde verhouding met de Barentszzee. De zee is de belangrijkste bestaansbron van Berlevåg; jaarlijks wordt er 10.000 ton vis aangevoerd, verwerkt en geëxporteerd. Maar ook vormde de zee met zijn hevige stormen meer dan eens een dodelijk gevaar voor vissers, de haven en de gemeenschap. Om de haven te beschermen is in de jaren 70 een nieuwe buitenhaven aangelegd en twee grote strekdammen. De dammen zijn gebouwd van tetrapoden, grote vierpotige betonblokken, sindsdien symbool van Berlevåg. Het vissersdorp is in heel Noorwegen bekend vanwege de cultfilm ‘cool and crazy’, over het bloeiende culturele leven van Berlevåg. Er zijn diverse zangkoren, bands, theatergroepen en sportverenigingen. De ruige natuur rond het plaatsje heeft ook een klein aantal buitenlanders aangetrokken. Iedereen kent er het Zwitserse echtpaar Dieter en Daniela Salathé, die het toerisme een grote impuls hebben gegeven. Zij runnen een pension en camping aan de Havnegate, annex café en toeristenbureau. U kunt er brochures en wandelkaartjes krijgen en excursies boeken die Dieter organiseert. Zij kregen in 2000 een prijs voor de beste nieuwkomers. Daniela Salathé kunt u dagelijks aan het werk zien in haar Arctic glass studio, waar zij via de techniek van ‘glass fusion’ gebruiks- en siervoorwerpen vervaardigt. U kunt er glaswerk kopen, of deelnemen aan een korte workshop. De enige andere bezienswaardigheid is het Berlevåg Havnemuseum (havenmuseum), over de lokale visserij, de ontwikkeling van de scheepvaart en de bouw van de nieuwe haven (videofilm). Voor de toerist is er verder niet veel te beleven. In het Anchor Hotel, Berlevågs enige hotel, kunt u in contact komen met andere reizigers terwijl u wacht op de Hurtigrute, die ´s avonds laat de vissersplaats aandoet. Wanneer u enkele uurtjes over heeft, kunt u in de omgeving de mooie wandeling naar de Tanahorn maken.

Vardø

Van alle vissersplaatsen langs de barre noordkust van Finnmark maakt Vardø de prettigste indruk. Het is een compact en gezellig stadje met 2400 inwoners, mooi gelegen op een eiland in de Barentszzee, met diverse historische gebouwen. De Hurtigrute arriveert direct in het centrum. Wie van het land komt rijdt eerst door de lange Ishavstunnel (88 m onder de zeespiegel) onder de fjord door naar het eiland. Aan alles is te zien dat het stadje het nodige doet om een gezellige sfeer te creëren: langs de haven is een wandelpromenade aangelegd met diverse kunstwerken en informatieborden. Aan de nieuwe kade is ook een modern toeristenkantoor gebouwd. Vardø is een van de oudste stadjes van Noord-Noorwegen. Rond 1300 werd in opdracht van koning Haakon V Magnusson een begin gemaakt met de bouw van de vesting Vardøhus. Willem Barentsz deed het stadje aan op zijn expeditie naar de noordoost passage in 1594. Vardø kreeg op 17 juli 1789 van de Deense koning Christian VII (destijds was Noorwegen een deel van het Deense Koninkrijk) handels- en stadsrechten en was met zijn fort van groot strategisch belang. Het stadje verwierf internationale bekendheid toen in 1893 poolreiziger Fridjof Nansen van hieruit met zijn schip ‘Fram’ naar de Noordpool vertrok. Ter ere van het 100-jarig jubileum hernoemde men het pleintje tegenover het nieuwe Pomormuseum ‘Fridjof Nansens plass’ en schiep kunstenaar Per Ung het bronzen standbeeld van de poolreiziger. Vardø was in de 19e eeuw het centrum van de Pomorhandel, de handel tussen Noord-Noorwegen en Noordwest-Rusland. Vardø’s economie drijft nog steeds op handel, visserij en visverwerking, en er is een visserijschool. Ook het toerisme is belangrijk geworden. Wanneer de boten van de Hurtigrute ’s?middags aanleggen stroomt het stadje vol met toeristen, die hier een paar uur verblijven alvorens verder te varen.

Bezienswaardigheden Vardø

Pomormuseum en Stadsmuseum In Vardø maken twee musea deel uit van het Vardømuseum. In het centrum ligt het Pomormuseum, dat is gehuisvest in de historische Brodtkorp werf uit de 19e eeuw. Het museum gaat vooral over de geschiedenis van de Pomors, Russische handelaren, die over de Witte Zee voeren en meel, hout en zout verhandelden tegen vis en stokvis. De Pomorhandel eindigde abrupt in 1917 met de Russische revolutie. Iets ten noorden van de vesting ligt het Vardø Stadsmuseum, met enkele bijzondere tentoonstellingen over de geschiedenis van Vardø. Zo is er een expositie over poolreizen die vanuit het stadje werden ondernomen (de Fram expeditie van Fridjof Nansen), en krijgt u een indruk van de bizarre en tragische heksenvervolging in de 17e eeuw. In hedendaagse kunst en fotografie geïnteresseerden kunnen aan de overkant van de haven nog een kijkje nemen in Kunstgalerie NK aan de Strandgata, waar regelmatig wisselende foto- en kunstexposities worden gehouden. Vardø vesting Vardøhus vesting stamt uit de 14e eeuw en ziet er tegenwoordig nog net zo uit als in de 18e eeuw, toen de vesting zijn definitieve stervorm kreeg. De vesting is nooit aangevallen en heeft behalve een militaire functie steeds meer een symbolische functie gekregen: het is de Noorse ‘vlaggenpost naar het oosten’. De vesting is deels ingericht als museum, maar wordt nog steeds permanent bemand door 3 mariniers, 1 vaandrig en een kapitein. Het werkt op je lachspieren, maar het is serieus bedoeld om Noorse militaire aanwezigheid te benadrukken, zo dicht bij Rusland. Merkwaardig, omdat vlakbij een moderne Amerikaanse spionagebasis is gevestigd, en er op Vardø een bataljon van de luchtmacht is gevestigd. De dienstdoende marinier die we op een grasmaaimachine aantroffen, antwoordde op de vraag wie de vijand was: “op dit moment het gras”. Iedere dag om 16.30 precies (als de Hurtigrute aankomt) staat de commandant in vol ornaat op de kade klaar om de passagiers te begroeten en ze in ganzenpas naar de vesting te loodsen, waar een rondleiding van een half uur wordt gegeven. Na de lange poolnacht worden ieder jaar in januari de eerste zonnestralen op een aparte manier begroet: vanaf de vesting klinken saluutschoten, en krijgen alle schoolkinderen de rest van de dag vrij. Reinøya en Hornøya Een kilometer buiten de haven van Vardø liggen de vogeleilandjes Reinøya en Hornøya. Op het grootste, Reinøya, staat een vuurto-ren, en het eilandje is de huisrots van een van de grootste vogelkolonies van Finnmark met circa 80.000 broedparen. Beslist heengaan als je van vogels houdt, ondanks de hoge prijs voor het overzetten naar het eilandje! Een snelle motorboot vaart u in 10 minuten naar de overkant, en zet u direct bij de vogelrotsen aan land. U hoeft er nauwelijks voor te lopen om u onderdeel te voelen van de immense krijsende vogelgemeenschap. De vogels die hier op de rotsen broeden zijn papegaaiduikers, aalscholvers, drieteenmeeuwen, alken en zeekoeten. Vooral de papegaaiduikers zijn hartverwarmend. Ze komen laag overscheren, af en aanvliegend van zee naar nest, hun bonte snavels vol visjes. Dit is een van de gemakkelijkst bereikbare vogelkolonies langs de kust van Finnmark, en nergens maak je zo gemakkelijk fraaie foto’s van papegaaiduikers! Het eiland is een natuurreservaat, en er gelden strenge regels. Zo dient u absoluut op het enige pad te blijven om de vogels niet te verstoren. Je kunt het glibberige pad om het eiland lopen naar de vuurtoren en terug. Spreek een tijd af met de schipper die je weer ophaalt.

Hamningberg

Wie op zoek is naar desolate plekken, kan vanuit Vardø nog een stuk verder rijden over de E75 door een desolaat landschap tot het plaatsje Hamningberg, het echte einde van de weg. Onderweg ziet u ruige en fraai gekleurde rotsen, die stammen uit het Precambrium, en meer dan 1 miljard jaar oud zijn. Prehistorische opgravingen in Hamningberg tonen aan dat hier 5000 jaar geleden al mensen hebben gewoond. In de 16e eeuw was het dorp een belangrijke vissershaven, waar stokvis werd geproduceerd en naar Zuid-Europa werd vervoerd. Rond 1900 groeide het dorp tot 250 inwoners door de Pomorhandel met de Russen. Tijdens het visseizoen nam de bevolking toe tot 1200 zielen, waarmee het een van de belangrijkste vissersdorpen van Finnmark was. Tegenwoordig wonen er veel minder mensen in het dorp, en is het voornamelijk een zomernederzetting geworden. In het dorp staan nog enkele mooie oude huizen, zoals de Hamningberg Handel, een winkel annex restaurant (bekend om zijn lekkere wafels en vissoep) en de Storhurraen Gjestegård uit 1872 (waar u kunt overnachten, www.hamningberg.com). Hamningberg is gelukkig gespaard gebleven voor de verwoestingen die de Duitsers in Lapland aanrichtten in 1944. De Duitsers hadden namelijk niet genoeg tijd om Hamningberg te verwoesten, en moesten hals over kop vluchten voor het Russische leger. Vogelaars kunnen in Hamningberg voor circa 500 kronen een boot regelen naar de vogelkolonie Syltefjordstauran, een van de grootste en belangrijkste vogelbroedkolonies van Noorwegen.

Vadsø

Vadsø profileert zich net als Vardø als ‘Gateway to the Arctic’. Het stadje met 6200 inwoners is een van de oudste van Finnmark, en heeft stadsrechten sinds 1883. Het kleine plaatsje is minder sfeervol dan Vardø, en is merkwaardig genoeg de hoofdstad van Finnmark, met provinciehuis en vertegenwoordiging van de Samibevolking van Finnmark. Vadsø heeft aanzienlijke bevolkingsgroepen van Sami en Finse (Kven) afkomst. Maar het stadje is vooral bekend geworden omdat het de basis was waar de zeppelins ‘Norge’ (Amundsen, 1926) en ‘Italia’ (Nobile, 1928) hun legendarische reizen naar het Noordpoolgebied begonnen. Als getuige van deze heroïsche tochten is de landingsmast te zien, die op het eilandje voor de kust is blijven staan. Twee oude gebouwen aan de Hvistendahlsgate (ten zuiden van de Hurtigrute kade) hebben de oorlog overleefd en zijn ingericht als Vadsø museum. U kunt hier de tentoonstelling ‘Luftskip og Båter’ zien, over de Noordpoolexpedities van de zeppelins Norge en Italia, met authentiek filmmateriaal en foto’s van Amundsen. Een andere zaal toont de geschiedenis van de Kvenbevolking van Vadsø. Het museum is ’s?zomers geopend bij aankomst van de Hurtigrute-schepen. Buiten het museum staat een oude offersteen van de Sami. Vadsø moet een bruisend gemeenschapsleven hebben, getuige de vele festivals die er worden georganiseerd: langlaufkampioen-schappen in maart, snowkiteboarding in april, het Varanger birdwatching festival in mei, jazz festival in augustus, Polar Event in oktober (met king-crab gerechten en een wedstrijd sauna zitten). Tourist Information: Vadsø, Kirkegata?15, 978940444, www.varanger.com.

Store Ekkerøy

Ongeveer 14 km ten oosten van Vadsø ligt het eilandje Store Ekkerøy, dat door een natuurlijke landtong met het vasteland is verbonden. Het is beslist een bezoek waard. Het idyllische dorpje, vroeger permanent bewoond, is nu een geliefd uitstapje met zijn jachthaventje en zomerhuisjes. In de oude visverwerkingsfabriek Kjeldsenbruket, die met zijn omringende gebouwen dateert van voor de oorlog, is tegenwoordig een interessant museum over de visserij in het dorpje (eind juni-half aug. di.-zo. 12.00-18.00 uur). De visfabriek bestaat uit een kade, pakhuis, traankokerij, visdrogerij, en verwerkingshal. Bij het museum hoort een café, en ernaast ligt het prima visrestaurant Havhesten in een gebouw op palen, met groot behaaglijk terras, vooral als de zon schijnt (alleen ’s?zomers geopend, 990506080). Vlak voor het museum begint een pad dat in 10 minuten naar de oostkant van het eiland voert, waar circa 20.000 paartjes drieteen-meeuwen nestelen op de rotsen. Deze kolonie meeuwen is een van de makkelijkst te bereiken vogelkolonies van Noord-Noorwegen. U kunt de vogels van dichtbij observeren, zowel van boven als onderaan de kliffen. Vroeger verzamelden de inwoners van Store Ekkerøy de meeuweneieren (sommige inwoners vingen meer dan 150 eieren per dag, die ze verkochten aan restaurants of zelf bakten), maar tegenwoordig is de kolonie beschermd. In januari en februari zijn hier voor de kust grote groepen eidereenden te zien, die hier rusten tijdens de vogeltrek.

10 prachtige bestemmingen in Varanger schiereiland en Noorwegen