De steden van het Spaanse Centrale Hoogland

Swipe

Badajoz

Met bijna 145 duizend inwoners is de hoofdzakelijk agrarische Spaanse stad Badajoz de grootste van Extremadura. Het stempel dat de Moren in de Middeleeuwen op de stad drukten, werd door Alfons IX bij de herovering in 1229 met bloed gewist. De stad heeft ook in de daarop volgende eeuwen een zware tol betaald voor haar strategische ligging op de grens met Portugal.

Twee historische veldslagen tijdens de Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1808-1814) decimeerden het culturele erfgoed. Wat er uit die tijd is overgebleven, hebben we in niet geringe mate te danken aan Prins Willem II van Oranje. Vechtend aan de kant van de Engelsen tegen de Franse overheersing van Spanje, voorkwam hij met gevaar voor eigen leven verdere plundering en verwoesting van de stad.

Franco had het in augustus 1936 tijdens de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) meer op mensen voorzien: de fascisten richtte na hun verovering van de stad op de Plaza de Torres een van de grootste bloedbaden aan in deze tragische episode van de Spaanse historie.

De stedenbouwkundigen van de 19e en 20e eeuw hebben rond het zwaar beproefde centrum van Badajoz de nieuwbouw met voortvarendheid ter hand genomen. Er is een ruim opgezette stad ontstaan. Weliswaar zonder architectonische verrassingen, maar wel met fraaie parken en mooie buitenwijken.

Een van Badajoz’s grootste zonen is de schilder Luis Morales. In zijn tijd - 16e eeuw - droeg hij de bijnaam ‘de goddelijke’. Met dat hemelse adjectief zullen de meeste reizigers de stad zeker niet tooien - de inwoners zelf trouwens ook niet. Daar staat tegenover, dat Badajoz bezoekers de kans biedt het Spaanse leven van alle dag en ver van het toeristisch gewoel te observeren.

Anders dan in het verleden is de stad na het doortrekken van de E 90/N V en de bouw van wat in de volksmond de Puente Nuevo, de nieuwe brug, heet goed bereikbaar. De brug sluit aan op de ringweg, de Carretera de Circunvalación. De oude Brug der Palmen (Puente de Palmas) geeft direct toegang tot de oude binnenstad.

Bezienswaardigheden

Midden in het oude stadscentrum aan de Plaza de España, staat de massieve gotische San Juan-kathedraal (Catedral de San Juan), bekend om zijn houten renaissance-koor. De kerk zelf dateert uit de 13e eeuw, maar de toren is er 300 jaar later tegenaan gezet. Vanaf het plein loopt de Calle M. Valdés richting rivier naar het Museum voor Schone Kunsten (Museo Provincial de Bellas Artes). De collectie omvat onder andere doeken van beroemde Spaanse meesters als Morales, Zurbarán en Hermosa.

De straat verder volgend doemt de imposante toegangspoort van de stad op, de Puerta de las Palmas. Deze ‘palmenpoort’ dateert uit de 16e eeuw en vormt de toegang tot de gelijknamige brug over de Río Guadiana. De oorspronkelijke Romeinse brug is in 1833 herbouwd. In het noordoosten van de stad liggen op een heuvel de ruïnes van het 12e-eeuwse Moorse Alcazaba-kasteel. De imposante Torre Espantaperros biedt een wijds uitzicht over de vruchtbare campos. In het Alcazaba is een klein archeologisch museum ingericht.

Evenementen

De folkloristische feesten in dit deel van Spanje zijn bijzonder kleurrijk, maar hebben een melancholieke ondertoon onder invloed van het nabijgelegen Portugal. Bekend in de wijde omtrek zijn het carnaval en de processies gedurende de Paasweek. Van 23 tot 30 juni vieren zowel Badajoz als Mérida hun jaarlijkse stadsfeesten.

De steden van het Spaanse Centrale Hoogland

10 prachtige bestemmingen in Badajoz en Spanje