Sri Lanka

Swipe

De koningen van Anuradhapura

Sinds de vroegste tijden heeft Sri Lanka vele volken aangetrokken vanwege de vruchtbare grond, het landschappelijk schoon en de edelstenen. Een eeuw na de invoering van het boeddhisme op Sri Lanka begonnen de eerste invallen van de Tamils, een Dravidisch volk uit Zuid-India. Eeuw na eeuw stortten zich golven van deze Tamils over het eiland uit. Hun leiders namen als heersers plaats op de koningstroon van Anuradhapura, maar het boeddhistische geloof werd niet verdrongen. Wel moesten de Singalese koningen vaak grote delen van het rijk aan de Tamils afstaan, maar er waren ook vele gebieden die geen last hadden van de aanwezigheid van de Tamil-vorsten. Integendeel, er heersten vrijheid en welvaart.

Een goed voorbeeld hiervan was de Tamil-koning Elara, die 44 jaar lang in Anuradhapura resideerde. Volgens de kroniek Mahavamsa was hij een beschermer van de traditie; een edel wijs en nederig man. AJs Brahmaan beschermde hij de boeddhistische instellingen en was hij volstrekt onpartijdig. Men vertelt dat hij aan het hoofdeinde van zijn bed een bel had laten aanbrengen. Wie meende onrechtvaardig behandeld te zijn, kon dag en nacht bij Elara aanbellen.

Duttha Gamani (161-137 v.Chr.)

In de zuidoosthoek van het eiland regeerde over een klein Singalees rijk een kleinzoon van de grote koning Devanampiya Tissa. Hij had twee zoons, Gamani en Saddha, die hij iedere dag drie porties rijst voorzette. Bij het eten van de eerste portie liet hij hen zweren: Ik zal steeds denken aan de monniken van het boeddhistische klooster. Bij het verorberen van de tweede portie moesten ze hem beloven nooit samen ruzie te maken. Tot zover verliep alles naar wens. Bij de derde portie rijst echter wilde vader hen laten beloven nooit tegen de Tamils te zullen vechten. Dat weigerden de zoons; liever aten ze geen rijst dan die voorwaarde te zullen aanvaarden. Vijftien jaar later trok Gamani met een leger van 10.000 man ten strijde tegen Elara. In een hevige strijd doodde hij de Tamil-koning en maakte zich meester van de troon van zijn voorouders in Anuradhapura. De nationale held regeerde als Singalees koning onder de naam Duttha Gamani, de 'ongehoorzame' (161-137 v.Chr.) over het eiland. Hij ontplooide een grote bouwactiviteit in de hoofdstad. Na zijn dood deden de Tamils met succes nieuwe invallen, zodat er nog vaak Tamil-koningen over delen van Sri Lanka heersten. Onder de regering van koning Meghavana (304-332) kwam in 313 een van de grootste relikwieën van Boeddha, zijn linkerbovenhoektand, verborgen in de haardos van een prinses, naar Sri Lanka. Dit voorwerp bevindt zich in de Tempel van de Tand te Kandy, waar het vereerd wordt en het doel is van bedevaarten in juli-augustus tijdens het kleurige feest van de Esala Perahera.

Kasyapa (477-495)

Tijdens de regering van koning Kasyapa was Sigiriya voor korte tijd de hoofdstad van het rijk. Kasyapa was een wreed en excentriek man - hij had zelfs zijn vader vermoord - maar hij was ook een getalenteerd kunstenaar. In Sigiriya, een van de imponerendste plaatsen op Sri Lanka, bouwde hij op een kolossale berg een weelderige residentie. De burcht vormde tevens een veilige plaats tegen de wraak van zijn broer die hij had verbannen. Toen zijn broer echter, met een in India gevormd leger, naar Sri Lanka terugkeerde en Kasyapa in een veldslag versloeg, maakte deze laatste een eind aan zijn leven door zich met een dolk de keel door te snijden. Van het vele moois dat van zijn 'paleis tussen de wolken' bewaard is gebleven, zijn vooral de muurfresco's van de knappe meisjes wereldberoemd.

10 prachtige bestemmingen in Sri Lanka